Hoe vind je een gat in de markt?

Of je nu droomt van een nieuw bedrijf of een bestaande onderneming wil uitbreiden, ondernemingsambities beginnen altijd met iets even simpel als ongrijpbaar: een goed idee. Maar hoe kom je tot een sterk idee? De ene mens is inventiever aangelegd dan de andere, maar een neus voor zaken kun je wel degelijk trainen.

Warm water

Een gat in de markt is een nood bij potentiële klanten die momenteel nog niet wordt ingevuld door bestaande bedrijven. Het is, anders gezegd, datgene wat jouw onderneming onderscheidt van de concurrentie.

Soms is het iets volledig nieuw. Spectaculaire uitvindingen als de auto of smartphone bijvoorbeeld. Maar ook door een bestaand concept te importeren naar een andere markt kan je een gat in de markt vullen. Zo verkocht Amazon al lang boeken online, voor spelers als Sarenza en Zalando besloten om schoenen via internet aan te bieden. En nog eenvoudiger: soms is het simpelweg een goed idee kopiëren en er een eigen draai aan geven. Zo was datzelfde Zalando aanvankelijk een kopie van het Amerikaanse Zappos, maar slaagden de oprichters erin het succes van hun inspiratiebron ver te overstijgen.

Hoewel we natuurlijk allemaal graag de geschiedenis zouden ingaan met een grote uitvinding op onze naam, hoeft een gat in de markt helemaal niet baanbrekend te zijn. Om een succesvol bedrijf uit te bouwen, hoef je het warm water niet uit te vinden. Een goed idee schuilt vaak in details of een verwaarloosde niche. Denk bijvoorbeeld aan een kapper die zich specialiseert in krullend haar of die ene slimme man of vrouw die bedacht om de vrije plaatsen in parkeergarages aan te geven met groene lichtjes: het is geen iPhone, maar het is verdomd handig.

Drie tips voor een sterk businessidee

Kijk rond. Een neus voor zakelijke opportuniteiten kan je trainen. Welke inefficiënties merk je op? Wat ontbreekt in je dagelijks leven? Van zodra je ’s morgens uit bed stapt, wanneer je kinderen naar school of de crèche brengt, op kantoor zit of thuiswerkt tot wanneer je ’s avonds de koelkast opentrekt: waar zie je grote of kleine problemen? Wat kan beter? Zou het kunnen dat andere mensen in jouw situatie dezelfde nood, wens of frustratie delen?

Doe wat je kent. Kijk terug naar de afgelopen jaren. Welke competenties heb je opgebouwd? Denk aan jobs in loondienst, maar kijk ook naar inzet in verenigingen of talenten die je hebt ontplooid in hobby’s. Kan je anderen helpen met die vaardigheden? Laten die vaardigheden zich verpakken in een dienst?

Doe wat anderen doen, maar beter. Welke succesvolle concepten spreken jou aan? Is er een mogelijkheid om het uit te rollen in een markt waar jij je vertrouwd voelt? Kan je er een eigen twist aan geven?

‘We gaan er te vaak vanuit dat alles al bestaat, dat de wereld geen bedrijven meer nodig heeft, dat niemand op verbetering zit te wachten’

Grootste hindernis is jijzelf

Een goed idee is één ding, het vervolgens uitwerken nog iets anders. Uiteraard zijn er technische en economische uitdagingen, maar de grootste hindernis ligt vaak bij onszelf. Veel goede en levensvatbare ideeën sterven een stille dood omdat de bedenker meent: ah, iemand heeft dit vast al bedacht. We gaan er te vaak vanuit dat alles al bestaat, dat de wereld geen bedrijven meer nodig heeft, dat niemand op verbetering zit te wachten. Die veronderstelling is niet alleen op niets gebaseerd, ze ondermijnt ook elk goed idee.

Uiteraard moet je niet naïef de markt in stappen. Je doet er goed aan om een nieuw idee af te toetsen – bij vrienden, peergroups of via enquêtes – maar zo’n onderzoeken zijn niet heiligmakend. Dat iets al bestaat, betekent nog niet dat er geen ruimte is voor meerdere spelers. En kunnen respondenten écht goed inschatten of ze iets zullen gebruiken als het   product of de dienst nog niet bestaat? Buikgevoel en introspectie zijn het beste marktonderzoek. Wat zou volgens jou het leven gemakkelijker of aangenamer maken? Ben jij enthousiast en overtuigd? Dan is de kans groot dat je een goed idee in handen hebt.